FanFiction wiki
Geen bewerkingssamenvatting
Label: Visuele bewerking
Geen bewerkingssamenvatting
Label: Visuele bewerking
Regel 4: Regel 4:
 
Na mijn eerdere twee fanficties over Adrian Mellon en Don Hagarty, dacht ik dat ik wel op mijn taks zat waar het die twee betrof. Maar dat was verkeerd. Het idee om hun verhaal te combineren met de Schaduwjagers-fanficties van mij en Nightfall, bleef door mijn hoofd spoken tot we besloten er iets mee te doen. Zoals elke keer ben ik Night bijzonder dankbaar dat ze dit kortverhaal samen met mij heeft geschreven.
 
Na mijn eerdere twee fanficties over Adrian Mellon en Don Hagarty, dacht ik dat ik wel op mijn taks zat waar het die twee betrof. Maar dat was verkeerd. Het idee om hun verhaal te combineren met de Schaduwjagers-fanficties van mij en Nightfall, bleef door mijn hoofd spoken tot we besloten er iets mee te doen. Zoals elke keer ben ik Night bijzonder dankbaar dat ze dit kortverhaal samen met mij heeft geschreven.
   
Voorts wil ik ook nog duidelijk maken hoe blij ik ben dat ik verder kon gaan met het verhaal van Adrian en Don. Ik blijf van mening dat ze beter verdienden dan ze kregen, en daarom hebben we ze dit beter verdiende gegeven.
+
Voorts wil ik ook nog duidelijk maken hoe blij ik ben dat ik verder kon gaan met het verhaal van Adrian en Don. Ik blijf van mening dat ze beter verdienden dan ze kregen, en daarom hebben we ze dit beter verdiende gegeven.
   
 
=== Proloog ===
 
=== Proloog ===
Regel 274: Regel 274:
 
'Net als je denkt dat je alles al gehoord hebt', mompelde Don. 'Goed, dan gaan we. Hoe raken we in Derry?'
 
'Net als je denkt dat je alles al gehoord hebt', mompelde Don. 'Goed, dan gaan we. Hoe raken we in Derry?'
   
Clary opende een Poort met haar cilinder en ondanks Adrians verzekeringen dat het volstrekt veilig was, voelde Don zich alsof hij op het punt stond te kotsen toen hij als eerste door de Poort ging en er aan de andere kant weer uitkwam. Simon, Clary en Adrian volgden op zijn hielen, en al snel was Ash er ook bij.
+
Clary opende een poort met haar cilinder en ondanks Adrians verzekeringen dat het volstrekt veilig was, voelde Don zich alsof hij op het punt stond te kotsen toen hij als eerste door de poort ging en er aan de andere kant weer uitkwam. Simon, Clary en Adrian volgden op zijn hielen, en al snel was Ash er ook bij.
   
 
'Ik snap het niet', begon Ash, om zich heen kijkend naar de bomen en struiken die hen omringden. 'Waarom moet je gaan praten over liefde tussen mannen? Kunnen jullie aardse dan helemaal ''niets'' verdragen?'
 
'Ik snap het niet', begon Ash, om zich heen kijkend naar de bomen en struiken die hen omringden. 'Waarom moet je gaan praten over liefde tussen mannen? Kunnen jullie aardse dan helemaal ''niets'' verdragen?'
Regel 299: Regel 299:
   
 
'Hoe kan hij zich verplaatsen in volle zon?' vroeg Ash zich mompelend af.
 
'Hoe kan hij zich verplaatsen in volle zon?' vroeg Ash zich mompelend af.
 
 
   
 
‘Hij houd zich beschut in de dichte bossen waar veel schaduw is’, zei Clary, ‘al beschermd die schaduw maar tijdelijk.’
 
‘Hij houd zich beschut in de dichte bossen waar veel schaduw is’, zei Clary, ‘al beschermd die schaduw maar tijdelijk.’
Regel 404: Regel 402:
   
 
Vlug raapte Don zijn stok van de grond en maaide Andrés benen onder hem uit.
 
Vlug raapte Don zijn stok van de grond en maaide Andrés benen onder hem uit.
 
   
 
Don dacht bij zichzelf dat hij niemand hem liet uitlachen.
 
Don dacht bij zichzelf dat hij niemand hem liet uitlachen.
Regel 426: Regel 423:
 
Adrian glimlachte enkel en volgde zijn geliefde naar de kamer.
 
Adrian glimlachte enkel en volgde zijn geliefde naar de kamer.
   
Die was knus en warm was en de twee genoten van elkaars lichamelijke aanwezigheid. Dit hadden ze al zo lang niet meer gedaan en ook al was hij nu een vampier, Adrian merkte dat dat niets veranderd had aan zijn behoeften. Het feit dat zijn lichaam nu veel en veel kouder aanvoelde, leek voor Don geen enkel verschil te maken en hij liefkoosde zijn partner zoals ze dat al eerder hadden gedaan. Na afloop plofte Don op de kussens neer; hij had het gevoel dat zijn hart uit zijn borstkas zou springen. Kort erna vielen ze naast elkaar in slaap.
+
Die was knus en warm en de twee genoten van elkaars lichamelijke aanwezigheid. Dit hadden ze al zo lang niet meer gedaan en ook al was hij nu een vampier, Adrian merkte dat dat niets veranderd had aan zijn behoeften. Het feit dat zijn lichaam nu veel en veel kouder aanvoelde, leek voor Don geen enkel verschil te maken en hij liefkoosde zijn partner zoals ze dat al eerder hadden gedaan. Na afloop plofte Don op de kussens neer; hij had het gevoel dat zijn hart uit zijn borstkas zou springen. Kort erna vielen ze naast elkaar in slaap.
   
 
De volgende ochtend, toen het tijd was voor het ontbijt, werden ze aan de ingang van de eetzaal opgewacht door Isabelle.
 
De volgende ochtend, toen het tijd was voor het ontbijt, werden ze aan de ingang van de eetzaal opgewacht door Isabelle.
Regel 452: Regel 449:
 
Hij begon zich meer een meer thuis te voelen bij de Schaduwjagers, een gevoel dat hij nooit eerder had gehad toen hij nog onder de gewone mensen vertoefde. Ze zouden opnieuw een dag training krijgen, en dit zou nog zeker een paar dagen aanhouden totdat ze genoeg kennis hadden om zichzelf genoeg te verdedigen. Dan pas zou Don mee op de missies gaan die de jagers hadden.
 
Hij begon zich meer een meer thuis te voelen bij de Schaduwjagers, een gevoel dat hij nooit eerder had gehad toen hij nog onder de gewone mensen vertoefde. Ze zouden opnieuw een dag training krijgen, en dit zou nog zeker een paar dagen aanhouden totdat ze genoeg kennis hadden om zichzelf genoeg te verdedigen. Dan pas zou Don mee op de missies gaan die de jagers hadden.
   
Adrian deed al wel eens aan missies mee gedurende de dag en nacht, maar hij ging tegenwoordig op minder missies omdat hij liefst bij hem bleef. Ergens voelde Don nog steeds dat hij er de persoon niet naar was om actief mee te strijden. Missies, allemaal goed en wel, maar achter demonen aangaan om ze te doden... Het idee sprak hem niet aan. Bovendien bezat hij geen bovennatuurlijke krachten
+
Adrian deed al wel eens aan missies mee gedurende de dag en nacht, maar hij ging tegenwoordig minder op missies omdat hij liefst bij hem bleef. Ergens voelde Don nog steeds dat hij er de persoon niet naar was om actief mee te strijden. Missies, allemaal goed en wel, maar achter demonen aangaan om ze te doden... Het idee sprak hem niet aan. Bovendien bezat hij geen bovennatuurlijke krachten
   
 
'Is er een manier om me nuttig te maken... zonder te vechten?' probeerde hij uiteindelijk
 
'Is er een manier om me nuttig te maken... zonder te vechten?' probeerde hij uiteindelijk
Regel 471: Regel 468:
   
 
=== Hoofdstuk 7 ===
 
=== Hoofdstuk 7 ===
Clary genoot ervan om te sparren met Isabelle. Ze was enige tijd buitenspel geweest na de geboorte van haar dochter en ook Isabelle had dit zelfde meegemaakt na de geboorte van haar zoon. De twee trainden nu extra hard om zo snel mogelijk terug op hun oude niveau te zitten. Het was niet simpel om moederschap met schaduwjagen te combineren.
+
Clary genoot ervan om te sparren met Isabelle. Ze was enige tijd buitenspel geweest na de geboorte van haar dochter en ook Isabelle had hetzelfde meegemaakt na de geboorte van haar zoon. De twee trainden nu extra hard om zo snel mogelijk terug op hun oude niveau te zitten. Het was niet simpel om moederschap met schaduwjagen te combineren.
   
 
De meerderheid van de tijd die ze hadden, ging naar trainen of op demonen jagen al deden beide vrouwen hun best om goed voor hun kinderen te zorgen en hun tijd zo goed mogenlijk te verdelen. Ook hun mannen deden beide hun best om samen voor hun kinderen te zorgen. Wat Clary ook wel fijn vond, was te zien hoe nieuwe Schaduwjagers zich stilaan aanpasten aan hun nieuwe leven.
 
De meerderheid van de tijd die ze hadden, ging naar trainen of op demonen jagen al deden beide vrouwen hun best om goed voor hun kinderen te zorgen en hun tijd zo goed mogenlijk te verdelen. Ook hun mannen deden beide hun best om samen voor hun kinderen te zorgen. Wat Clary ook wel fijn vond, was te zien hoe nieuwe Schaduwjagers zich stilaan aanpasten aan hun nieuwe leven.
Regel 511: Regel 508:
 
'Nog nooit van pendelen gehoord, Ade?' vroeg Don hem plagend.
 
'Nog nooit van pendelen gehoord, Ade?' vroeg Don hem plagend.
   
Clary lachte erom en liet de twee even alleen om het verder tussen hen te bespreken. Eens weer aangekomen bij Isabelle, merkte ze dat die het hele gesprek had staan meevolgen.
+
Clary lachte erom en liet de twee even alleen om het verder tussen hen te bespreken. Eens weer aangekomen bij Isabelle, merkte ze dat die het hele gesprek had staan mee volgen.
   
 
'Blijven ze hier of gaan ze op de Academie wonen?' vroeg ze.
 
'Blijven ze hier of gaan ze op de Academie wonen?' vroeg ze.
Regel 523: Regel 520:
 
Er was ook wat anders veranderd. Adrian was beter geworden in de gevechtsmethodes van de Schaduwjagers en voelde zich vrijer om vaker op missie te gaan nu Don meer ingeburgerd raakte. Zijn oude leven in Derry miste hij niet, al onderhield hij wel contact met aardse vrienden of leden van de groep, die allemaal dachten dat hij gewoon was verhuisd. Dat was tenminste niet volledig gelogen.
 
Er was ook wat anders veranderd. Adrian was beter geworden in de gevechtsmethodes van de Schaduwjagers en voelde zich vrijer om vaker op missie te gaan nu Don meer ingeburgerd raakte. Zijn oude leven in Derry miste hij niet, al onderhield hij wel contact met aardse vrienden of leden van de groep, die allemaal dachten dat hij gewoon was verhuisd. Dat was tenminste niet volledig gelogen.
   
Adrian zou aan de slag gaan als bewaker van de Academie samen met de groep Schaduwjagers die dienden als de veiligheidstroepen daar. Maar hij zou dit in combinatie doen met missies in de echte wereld. Beide geliefde keken er naar uit om op de academie te gaan wonen.
+
Adrian zou aan de slag gaan als bewaker van de Academie samen met de groep Schaduwjagers die dienden als veiligheidstroepen daar. Maar hij zou dit in combinatie doen met missies in de echte wereld. Beide geliefde keken er naar uit om op de academie te gaan wonen.
   
 
Don zou er lesgeven over de aardse wereld en geschiedenis, zodat jonge Schaduwjagers zich beter in de aardse wereld zouden kunnen voortbewegen. Langs de andere kant was dit ook een blijk van erkenning naar de aardse studenten toe. Het was ook belangrijk dat de kloof in verbanning** beter om zou kunnen gaan met de gewone mensen.
 
Don zou er lesgeven over de aardse wereld en geschiedenis, zodat jonge Schaduwjagers zich beter in de aardse wereld zouden kunnen voortbewegen. Langs de andere kant was dit ook een blijk van erkenning naar de aardse studenten toe. Het was ook belangrijk dat de kloof in verbanning** beter om zou kunnen gaan met de gewone mensen.
Regel 537: Regel 534:
 
Ash knikte. ‘Ik zal je een stuk van mijn achtergrond vertellen. Ik heb ooit ook zoiets meegemaakt, al was het niet met homofoben.
 
Ash knikte. ‘Ik zal je een stuk van mijn achtergrond vertellen. Ik heb ooit ook zoiets meegemaakt, al was het niet met homofoben.
   
Ik ben jarenlang gegijzeld geweest door de Onseeliekoning**. Dit omdat ik uniek bloed door me heb heen stromen van elfen, Schaduwjager en zelfs wat demonen. Dit zorgde ervoor dat iedereen mij wou gebruiken, zelfs mijn eigen moeder, de Seeliekoningin, eens ik ontsnapt was aan de Onseelie koning. Uiteindelijk ben ik kunnen ontsnappen, maar dat was niet voor een van de weinigen die echt aan mij loyaal was... Ik moest me uiteindelijk van hem ontdoen', besloot hij.
+
Ik ben jarenlang gegijzeld geweest door de Onseelie koning**. Dit omdat ik uniek bloed door me heb heen stromen van elfen, Schaduwjager en zelfs wat demonen. Dit zorgde ervoor dat iedereen mij wou gebruiken, zelfs mijn eigen moeder, de Seelie koningin, eens ik ontsnapt was aan de Onseelie koning. Uiteindelijk ben ik kunnen ontsnappen, maar dat was niet voor een van de weinigen die echt aan mij loyaal was... Ik moest me uiteindelijk van hem ontdoen', besloot hij.
   
 
Don rilde bij de gedachte, maar hij besloot dat hij wel vaker vreemde dingen had gehoord over de Schaduwwereld.
 
Don rilde bij de gedachte, maar hij besloot dat hij wel vaker vreemde dingen had gehoord over de Schaduwwereld.
   
'Ik voel me nog steeds verbonden met die plek', ging Ash verder. 'Ik ben er opgegroeid, opgeleid en... Iedereen deed alles wat ik maar zei, en daar genoot ik van. Tot ik besefte dat het allemaal magie was. De Onnseeliekoning had zonder mijn medeweten of instemming een loyaliteits** spreuk over me gelegd. Daarom kon ik iedereen laten doen wat ik wou, en de enige persoon die er niet voor gevoelig was, heb ik gedood. Nu ja, niet iedereen. Clary en Jace waren er ook resistent tegen. Door hun bloed, snap je?'
+
'Ik voel me nog steeds verbonden met die plek', ging Ash verder. 'Ik ben er opgegroeid, opgeleid en... Iedereen deed alles wat ik maar zei, en daar genoot ik van. Tot ik besefte dat het allemaal magie was. De Onseelie koning had zonder mijn medeweten of instemming een loyaliteits** spreuk over me gelegd. Daarom kon ik iedereen laten doen wat ik wou, en de enige persoon die er niet voor gevoelig was, heb ik gedood. Nu ja, niet iedereen. Clary en Jace waren er ook resistent tegen. Door hun bloed, snap je?'
   
 
'Maar hoe is de vloek dan verbroken? 'Ash glimlachte. 'Magnus en Alec. Het was echt enorm pijnlijk.'
 
'Maar hoe is de vloek dan verbroken? 'Ash glimlachte. 'Magnus en Alec. Het was echt enorm pijnlijk.'
Regel 583: Regel 580:
   
 
* '''Ash Morgenster (half-elf, half schaduwjager) :''' is de zoon van de Seelie koningin en Jonathan/Sebastian Morgenstern**. Hij had voorheen een donkerder karakter omdat hij in het verleden gebruikt werd door vele vanwege de loyaliteit** spreuk die om hen heen lag.
 
* '''Ash Morgenster (half-elf, half schaduwjager) :''' is de zoon van de Seelie koningin en Jonathan/Sebastian Morgenstern**. Hij had voorheen een donkerder karakter omdat hij in het verleden gebruikt werd door vele vanwege de loyaliteit** spreuk die om hen heen lag.
* Sinds deze gebroken is (zie Ash zoektocht naar vrijheid voor meer info) had hij eindelijk de kans om een vriendelijke en liefdevolle persoonlijkheid te ontwikkelen en is hij erg gesteld op Dawn, Clary's en Jace hun dochter
+
* Sinds deze gebroken is (zie [[Ash' reis: zoektocht naar vrijheid|''Ash' reis: zoektocht naar vrijheid'']] voor meer info) had hij eindelijk de kans om een vriendelijke en liefdevolle persoonlijkheid te ontwikkelen en is hij erg gesteld op Dawn, Clary's en Jace hun dochter
   
 
<br />
 
<br />
Regel 595: Regel 592:
 
<br />
 
<br />
   
* '''Don (mens):''' is een jongeman die bij toeval de schaduwjagers ontdekte en besloot deze kans aan te grijpen, hierop leerde hij Adrian nu vampier opnieuw kennen. Hij is erg liefdevol naar Adrian toe, en zeer vriendelijk naar anderen. Hij zoekt nog steeds verder zijn weg bij de schaduwjagers, en werd leraar op de academie voor schaduwjagers
+
* '''Don (mens):''' is een jongeman die bij toeval de schaduwjagers ontdekte en besloot deze kans aan te grijpen, hierop leerde hij Adrian, nu vampier opnieuw kennen. Hij is erg liefdevol naar Adrian toe, en zeer vriendelijk naar anderen. Hij zoekt nog steeds verder zijn weg bij de schaduwjagers, en werd leraar op de academie voor schaduwjagers
   
 
<br />
 
<br />
Regel 603: Regel 600:
 
<br />
 
<br />
   
* '''Imala (vrouwelijke valk, genoemd in het kort verhaal):''' is de tweede valk van Jace in dit verhaal, in de boeken werd de valk die Jace ooit had gedood, door Valentijn***. Imala is een liefdevol dier die altijd op de uitkijk staat voor haar meester en mee helpt de groep te beschermen
+
* '''Imala (vrouwelijke valk, genoemd in het kort verhaal):''' is de tweede valk van Jace in dit verhaal, in de boeken werd de valk die Jace ooit had, gedood door Valentijn***. Imala is een liefdevol dier die altijd op de uitkijk staat voor haar meester en mee helpt de groep te beschermen
   
 
<br />
 
<br />
   
* '''Jonatan Christoffer "Jace" Lightwood-Herondale (schaduwjager):''' is de zoon van Céline Herondale en Stephen Herondale, hij is altijd erg zelfstandig en onafhankelijk geweest, en beschikt over een zeer sterke zelfbeheersing. Hij is sarcastisch als hij zijn onzekerheid verbergt. Jace is voor de rest zeer arrogant, egocentrisch en overmoedig. Hij heeft altijd een sterke morele kern gehad. Zijn karakter verbeterd ten goed op het moment dat hij Clary ontmoet. Jace beschikt over extra engelen bloed*** net als Clary. Hij heeft dit verkregen toen Valentijn onder de vorm van poeders gedroogd engelen bloed*** in zijn moeder eten en drinken deed, hierdoor deelt hij een connectie met Ithuriël, de engel van wie het bloed afkomstig was. Jace deelt hierom een bloed connectie met Clary, al zijn ze niet gerelateerd. Door dit extra engelenbloed heeft hij de gave verkregen van extra lenigheid en snelheid en vele andere dat in zijn voordeel spelen in gevechten . Hij is eveneens de vader van Dawn en de parabatai van Alec
+
* '''Jonatan Christoffer "Jace" Lightwood-Herondale (schaduwjager):''' is de zoon van Céline Herondale en Stephen Herondale, hij is altijd erg zelfstandig en onafhankelijk geweest, en beschikt over een zeer sterke zelfbeheersing. Hij is sarcastisch als hij zijn onzekerheid verbergt. Jace is voor de rest zeer arrogant, egocentrisch en overmoedig. Hij heeft altijd een sterke morele kern gehad. Zijn karakter verbeterd ten goed op het moment dat hij Clary ontmoet. Jace beschikt over extra engelen bloed*** net als Clary. Hij heeft dit verkregen toen Valentijn onder de vorm van poeders gedroogd engelen bloed*** in zijn moeder eten en drinken deed, hierdoor deelt hij een connectie met Ithuriël, de engel van wie het bloed afkomstig was. Jace deelt eveneens een bloed connectie met Clary, al zijn ze niet gerelateerd. Door dit extra engelenbloed heeft hij de gave verkregen van extra lenigheid en snelheid en vele andere dat in zijn voordeel spelen in gevechten . Hij is eveneens de vader van Dawn en de parabatai van Alec
   
 
<br />
 
<br />
Regel 615: Regel 612:
 
<br />
 
<br />
   
* '''Magnus Lightwood-Bane (heksenmeester, genoemd in het kortverhaal):''' is de zoon van Asmodeus en een onbekende moeder***. Hij is getrouwd** met Alec Lightwood met wie hij twee kinderen heeft geadopteerd****
+
* '''Magnus Lightwood-Bane** (heksenmeester, genoemd in het kortverhaal):''' is de zoon van Asmodeus en een onbekende moeder***. Hij is getrouwd** met Alec Lightwood met wie hij twee kinderen heeft geadopteerd****
   
 
<br />
 
<br />

Versie van 25 feb 2021 01:24

Dankwoord

Na mijn eerdere twee fanficties over Adrian Mellon en Don Hagarty, dacht ik dat ik wel op mijn taks zat waar het die twee betrof. Maar dat was verkeerd. Het idee om hun verhaal te combineren met de Schaduwjagers-fanficties van mij en Nightfall, bleef door mijn hoofd spoken tot we besloten er iets mee te doen. Zoals elke keer ben ik Night bijzonder dankbaar dat ze dit kortverhaal samen met mij heeft geschreven.

Voorts wil ik ook nog duidelijk maken hoe blij ik ben dat ik verder kon gaan met het verhaal van Adrian en Don. Ik blijf van mening dat ze beter verdienden dan ze kregen, en daarom hebben we ze dit beter verdiende gegeven.

Proloog

Adrian wist dat ze hier ergens waren, hij kon hen duidelijk ruiken. Hij rook hun angst, vermengd met verbijstering, al zou hij niet kunnen zeggen waarom. In elk geval hadden ze hem nog niet opgemerkt en hij wist dat ze bang van hem moesten zijn. Een verlaten, stenen gebouw dat niet ver van de kerk van Derry af stond. Gebruik makend van de schaduwen sloop hij dichterbij, net zolang tot hij aan de zware deur stond. Met één harde ruk trok hij de deur uit zijn hengsels en stormde naar binnen.

John en zijn kameraden sprongen bijna een halve meter in de lucht van schrik toen ze hem zagen. 'Hoe kan... Jij bent dood!' schreeuwde een van de jongens. Adrian gaf een grauw en ontblootte zijn lange hoektanden. Zonder in te houden en met ongelooflijke snelheid sprong hij op John af. Amper twee nachten geleden was hij geen partij geweest voor de tiener, die bijna een kast van een kerel was. Nu waren de rollen omgedraaid. Grauwend en schreeuwend ging Adrian John te lijf, die onder hem kronkelde en dreigementen schreeuwde. Al snel gingen de dreigementen over in een gil van pijn.

'Laat hem los!' Bij die schreeuw keek Adrian op en herkende de tiener die begonnen was hem te beledigen. Hij maakte zich meteen klaar om aan te vallen en binnen de kortste keren smakte de tiener tegen de muur van de schuur. Adrian ontblootte zijn tanden nogmaals, klaar om ze in de hals van zijn slachtoffer te zetten. Voor hij kon toehappen, vulde een fel blauw licht de schuur en voelde Adrian hoe hij van de tiener af werd gerukt.

Hoofdstuk 1

Don was aan het wandelen op een winterse avond in de bossen niet ver van de baan af. Het was een paar maanden geleden sinds dat Adrian was omgekomen door toedoen van anderen en hij had het er nog steeds zeer moeilijk mee. Ze waren immers jaren eerst als vrienden en later als geliefde samen geweest

De homofoben waren intussen, mede door zijn getuigenis voor de rechter, tot een gevangenisstraf veroordeeld, maar dat nam het beklemmende gevoel niet weg. Verschillende van zijn vrienden en kennissen hadden hem doorverwezen naar een hulpcentrum, waar hij kon praten en zijn hart kon luchten Daar had hij tot nu toe twee keer gebruik van gemaakt. Dit was de tweede keer.

Het hulpcentrum lag een paar kilometer verder vlak bij de baan en nabij de bossen. Het was er rustig gelegen zodat men in alle rust kon praten zonder het continue gezoef van auto's nabij te horen. Het enige geluid dat er was, waren de geluiden vanuit het bos , de rivier in het bos en de aanwezigheid van dieren. De natuur overheerste er. Zijn eigen wagen stond vlakbij, maar hij had niet de behoefte om er meteen naartoe te stappen. Hij wilde nadenken. Eerst en vooral wilde hij uit Derry weg. De demonische aanwezigheid die hem al zijn hele leven had achtervolgd, was nog steeds prominent en hij wilde liefst zo snel mogelijk vertrekken. Hij zou bij vrienden terecht kunnen. Zijn gedachten werden onderbroken toen hem het gevoel bekroop dat hij bekeken werd. Maar het was niet de demon.

Ineens verscheen er opkomende mist, wintermist die je meestal zag als de nacht inviel. Zijn nekharen gingen overeind staan. Hij wist dat het geen demonen waren maar eerder een aura dat enkel beschreven werd in oeroude mythes en legendes, die van de Schaduwjagers. Krijgers die bloed deelden met engelen.

Hij zag schimmen in de mist en plots hoorde hij geluiden, geluiden van vechtende mensen en demonen. Gegalm van zwaarden weerklonk, gevolgd door een schakering van een boog en een fel oplichtend licht, gevolgd door een plof in vlees. Meteen zag Don weer voor zich hoe de demon zijn toch al ernstig gewonde geliefde in de ribbenkast beet en hij voelde zijn ogen wegrollen. Zijn verstand werd donker, zijn hoofd tolde. En toen, in die ene seconde, zag hij opeens een vertrouwd gezicht.

Adrian, dacht hij. Maar dat kon niet, hij was dood. Was het nu Dons eigen tijd? Maar toen voelde hij twee armen die hem vasthielden en overeind hielpen. Dit was geen droom... 'Jij bent dood', fluisterde hij. Adrian glimlachte. 'Eén keer.' Hij dacht dat hij zich nog meer dingen aan het verbeelden was, maar toen zag hij Adrians vertrouwde postuur en gezicht, gevolgd door geroep van een groep van niet een maar vijf schaduwjagers.

Ineens werd het geroep duidelijk

'Jace, haal deze man hier weg, de demonen zijn nog steeds nabij!’

‘Adrian, help even, wil je?' liet de man weten die Jace werd genoemd. Vervolgens verscheen er een jonge man met blauwe ogen en zwart haar in Dons gezichtsveld

‘Simon, Isabelle, Clary’, riep deze, ‘help even met de overige demonen af te maken!’

‘De goede man is omsingeld!’ riep Clary. Het werd Don allemaal teveel en hij voelde hoe hij wegzakte in een diepe, zwarte golf.

Toen hij wakker werd, merkte hij dat hij op een zachte ondergrond lag. Een zachte deken. Boven hem zag hij de grote blauwe hemel, hier en daar bedekt met wolkjes. Dus dat was het. Hij moest op weg naar zijn auto bewusteloos zijn geraakt. Maar hoe kwam dit deken dan onder hem?

'Dus je bent eindelijk wakker', klonk het. Een man met een bril en krullerig haar keek op hem neer. 'Zal ik Adrian even voor je roepen?'

'Dat kan niet... Adrian is dood.'

Adrian verscheen vervolgens achter de man, die ook liet weten dat hij Simon heette.

‘Je hebt dood en dood’, grinnikte Adrian.

Don raakte nog meer in de war. ‘Ik begrijp er niks van!’

Hij stond op het punt vragen te stellen, maar verloor opnieuw het bewustzijn.

De volgende keer dat hij wakker werd, lag hij in een bed. 'Wees gerust, je bent niet de eerste normalo*** die zich ongewenst in dit domein begeeft', zei een stem. Het was de man met de bril weer, en Don liet zich zuchtend in het bed zakken.

'Kan iemand me uitleggen wat er hier allemaal aan de hand is? Ben ik dood en is dit... het hiernamaals?'

'Ik heb ervaring met dood zijn', zei de man met de bril - Don herinnerde zich dat hij Simon heette.

Wat verderop in de ziekenzaal stonden het meisje met het rode haar en de blonde jongen, met Adrian tussen hen in. Ze waren in gesprek.

Hoofdstuk 2

Toen Adrian zag dat Don opnieuw bij was ging hij naar hem toe.

Don zag zijn kans schoon en begon hem vragen te stellen.

'Hoe komt het dat je de aanval van die homofoben hebt overleeft? Je was duidelijk overleden toen ik je de laatste keer zag.’

Adrian ging bij Don op het bed zitten en begon te vertellen hoe hij het had overleefd, maar tegelijk ook weer niet.

'Ik ben gestorven met vampierenbloed in mijn aderen, dat ik, vlak voordat ik stierf, binnengekregen heb van een vampier die nabij was en nieuwsgierig was geworden.’

'Maar die demon... hij rukte je hart eruit!' protesteerde Don.

'Angstdemonen kunnen dingen anders laten lijken dan ze eruitzien. Hij bracht me gewoon de slag toe die ervoor zorgde dat ik het sowieso niet zou overleven. Jij zag niet wat er gebeurde, maar die vampier gaf me zijn bloed nadat ik gebeten was. Later vonden Simon en Clary me.'

'En je begrafenis dan? Ik was er zelf bij', protesteerde Don.

'Heb je ooit in de kist mogen kijken?' vroeg Adrian fijntjes.

Don ging even door zijn herinneringen en antwoordde toen: ‘Nee.’

'Het is een lang verhaal', ging Simon verder. 'We vertellen je alles, maar op zijn tijd. Voorlopig moet je even maken dat je beter wordt.'

Het meisje met het rode haar stelde zich voor als Clary.

‘Het zal een paar dagen duren eer je terug de oude bent, Don. Je hebt flink wat meegemaakt in deze laatste paar uur.’

Kort erna verliet de groep van vijf de ziekenzaal waar hij lag en was hij alleen met Adrian. Die liet vervolgens weten wie deze groep van vijf was. De jongeman met het zwart haar en de Blauwe ogen heette Alec, hij was de leider van deze groep van vijf. Het meisje met het lange zwart haar en de zwarte ogen heette Isabelle en was de zus van Alec. De jongen met het blonde haar was Jace, Isabelle en Alecs adoptiebroer. De jongen die hij eerst had gesproken was Simon, die nog niet lang een jager**** was. En tot slot het meisje met het rode haar was Clary.

De volgende morgen voelde Don zich iets of wat beter, maar hij was nog altijd erg onder de indruk van wat er gisteren gebeurd was. Adrian was gelukkig bij hem gebleven gedurende de nacht en had over hem gewaakt, maar was nu op zijn beurt aan het slapen, omdat vampiers immers nachtwezens waren. Hij hoorde een zacht geklop op de deur van de ziekenzaal.

‘Kom binnen’, riep Don vervolgens.

Jace en Clary verschenen en tot Dons grote verbazing, had Jace een prachtige vrouwelijke valk op zijn schouders zitten. Clary nam het woord en liet hem weten dat ze hem een rondleiding zouden geven door het instituut.

"Ze verwachten me in Derry, om te spreken over... wat er gebeurd is', zei Don.

'Dat kan in een wip geregeld worden', verzekerde Clary hem. 'Kom nu eerst maar even mee.'

Kreunend hees Don zichzelf overeind en liet hij zich de ziekenzaal uit begeleiden.

Al na een paar gangen was hij onder de indruk van de grootsheid van dit gebouw, waarbij de kerk in Derry in het niet verviel.

'Ik snap het niet', zei hij toen ze een bocht namen. 'Zo'n groot gebouw moet toch massa's mensen trekken? Jullie moeten allang opgemerkt zijn.'

'Schuilbezweringen, nieuwe jongen', grijnsde Jace, terwijl de valk haar kop tegen zijn wang vlijde.

'Noem me geen "nieuwe jongen"', reageerde Don.

'Ook goed', zuchtte Jace.

Clary ging verder: ‘We zijn ook niet met veel. Er is een paar jaar geleden een enorme oorlog*** tussen de schaduwjagers geweest en we zijn sindsdien nog met minder dan toen.’

Jace ging verder: ‘Het word tijd dat we je alles even uitleggen, zodat je vragen verder beantwoord kunnen worden. Om te beginnen: alle legendes en mythes die je hebt gehoord, zijn echt. De dingen die je dacht dat verbeelding waren, zijn echt. Je hebt nu het zicht, wat inhoudt dat je tussen de afweerbezweringen die we altijd dragen, heen kunt zien.’

Don was verbaasd. ‘Hoe is dit mogelijk?’

‘Er zijn maar twee opties’, zei  Clary. ‘Of je stamt af van een verloren lijn Schaduwjagers, of je moet altijd al gevoelig geweest zijn voor het bovennatuurlijke. Zoals bij Adrian, je vriend, het geval was.’

Intussen in de ziekenzaal werd Adrian even wakker en hij dacht terug aan hoe hij de schaduwjagers had ontmoet en hoe hij uiteindelijk een vampier was geworden.

Hij herinnerde zich de verwarring en de pijn, toen hij nog maar net uit de grond omhoog was gekropen, compleet met snijtanden en al.

Het was Simon geweest die ervoor had gezorgd dat hij was teruggekomen, mede omdat hij zelf ook ooit een vampier**** was geweest. De eerste dagen na zijn aankomst in het Instituut was Adrian vol schuld en zelfhaat geweest. Zijn dood op de brug en in de rivier was steeds door zijn hoofd blijven spoken. Niemand had geprobeerd daar verandering in te brengen.

'Ze zitten achter slot en grendel, hoor', klonk de stem van Simon, die de zaal binnenkwam. 'Bovendien zullen ze jouw bezoekje niet zo snel meer vergeten.'

Adrian grijnsde. 'Nee, het is niet de aanval. Het is... Don heeft geen magische krachten. Hij heeft geen demonisch bloed. Of engelenbloed. Het was niet de bedoeling dat hij het zou weten maar... Wat als dit te veel voor hem is?'

'Is dit de Adrian zoals die op de begrafenis werd beschreven? De vrolijke, levendige, actieve Adrian?'

Adrian wist het niet.

Simon in zijn herinnering grijnsde en zei vervolgens: ‘Hij zal het misschien ooit ontdekken. Hij zal misschien eerst verward zijn, maar achteraf opgelucht dat hij jouw terug zal hebben. Ik had dat ook, weet je. Ik was ooit een normalo met slapend engelenbloed , maar Clary trok me al dan niet bewust mee in haar avonturen toen ze zelf pas ontdekte dat ze engelenbloed had. Ik was eerst verward en boos, maar achteraf was ik blij dat ze de wereld die ze toen net ontdekt had, met mij kon delen. En het gevolg was dat ik een vampier*** werd en na samenloop van omstandigheden kon ik op mijn beurt tot Schaduwjager**** verheven worden.’

De herinnering ging terug naar zijn onbewuste en hij glimlachte. Simon had natuurlijk gelijk.

Hoofdstuk 3

Dons rondleiding was intussen afgelopen, waarna hij zich samen met Clary en Jace naar de eetzaal begaf. Daar aangekomen zag hij dat Alec en Isabel er al waren en zichzelf aan het opscheppen waren, spaghetti zo te zien.

'Dag, nieuweling', glimlachte Isabelle. 'Lekkere spaghetti. Nou ja, lekker. Als ik hem had mogen maken, dan...'

'Dan zou onze gast zeker een voedselvergiftiging oplopen en zou hij nog dagen in de ziekenzaal moeten liggen', vulde Alec aan. Tegen Don voegde hij eraan toe: 'Maak je geen zorgen, je bent hier veilig.'

'Veilig? Jullie hebben net een burgeroorlog*** meegemaakt!' barstte Don los.

Alecs gezicht vertrok, heel even maar. 'Ga zitten en eet. Dan kunnen we daarna praten.'

Don ging mokkend zitten, en tot zijn verbazing zag hij dat het totaal aantal Schaduwjagers was opgelopen van de groep van vijf naar een groep van twintig.

Alec zag hem kijken en zei dat de overige mensen pas verheven Schaduwjagers**** waren. Dit stelde Don nog voor meer raadsels. Alec legde uit dat ze enorme verliezen hadden geleden tijdens deze burgeroorlog*** en dat ze nu volop aan het rekruteren**** waren om hun nummers weer op peil te brengen.

Isabelle vulde aan en vertelde Don verder hoe deze oorlog*** was gelopen en tegen wie deze was geweest.

Na haar verhaal keek hij nog een keer de zaal rond en zijn ogen bleven rusten op een tiener van zestien jaar met puntoren en prachtige zilverwitte vleugels, die opgevouwen op de rug van de jongen lagen. Hij wou net gaan vragen wie het was toen Adrian binnen kwam om mee te genieten van de gezelligheid. Hij ging naast Don zitten, waarop Don hem vragend aankeek.

Adrian volgde zijn blik en liet zijn geliefde weten dat het Ash was, Clary's neef en adoptiezoon. Clary keek ook en zei dat Ash nog maar een twee jaar bij hen was, nadat hij ontsnapt was aan zijn moeder, de elfenkoningin.

Toen Don beter keek zag hij dat Ash niet alleen was, hij had een peuter van een jaar of twee vast. Jace antwoordde een onuitgesproken vraag. ‘Dat is Dawn, mijn dochter met Clary.’ De maaltijd in de eetzaal liep ten einde en iedereen begon zich terug te trekken naar hun kamers. Adrian had Don mee op sleeptouw genomen en begeleide hem naar de kamer die hij bij zijn eerste aankomst in het Instituut had toegewezen gekregen. Ze arriveerden er een paar minuten later.

De kamer lag maar een paar meter van de eetzaal af.

Er stond een dressoir, wat stoelen en een groot hemelbed. De ramen waren opzettelijk afgeplakt.

'Tegen het zonlicht', legde Adrian uit. Voor de eerste keer klonk hij wat weemoedig. 'Oude gewoonte. In het begin kon ik niet meer in de zon lopen.' Dons hart verkrampte bij de gedachte. Hoe zou het voor hem voelen?

'Dat daar is mijn wapen', vervolgde Adrian al snel, wijzend naar een glimmende dolk die aan de muur hing. 'Niets dat ik er iets mee kan, maar ik heb anders John wel de stuipen op het lijf gejaagd met mijn tanden.'

'Dus je bent hem echt gaan opzoeken?' vroeg Don verbijsterd. 'Nadat hij en zijn vrienden je... je weet wel.'

'Hij verdiende het', zei Adrian op een harde toon die Don verbaasde.Don had niet gedacht dat zijn vriend wraak zou nemen, zelfs niet op zijn belagers. Adrian ging verder met vertellen. ‘Ik heb hen niet vermoord met mijn vampierkrachten. Al heb ik wel op het punt gestaan dit te doen. Ik was zo verloren, zo verward na mijn transformatie.

Ik werd op het allerlaatste moment tegen gehouden door Magnus, een krachtige heksenmeester van meer dan 400 jaar oud. Hij was toevallig in de buurt, op wandel met Alec, zijn man** en hun kinderen****. Ze moesten me met twee van mijn belagers aftrekken, zo verloren en gek van bloeddorst was ik.’

'Dus daarom reageerde hij niet op mijn getuigenis tijdens het proces', mijmerde Don. 'Ik vond al dat hij zo vreemd kalm was.'

'Maar ze zitten nu opgesloten, ja toch?'

'Achter slot en grendel', bevestigde Don. Pas toen drong het tot hem door dat er voor Adrian zoveel meer veranderd was. Hij was nu geen gewoon mens meer, hij was een vampier, en leefde al enige maanden bij een bovennatuurlijk mensenras dat alleen maar van sprookjes bekend was.

Ergens had hij nog steeds het gevoel dat hij droomde en straks gewoon wakker zou worden alsof er niets gebeurd was. Maar Don wist dat het echt was, hij was ergens ook wel zeer opgelucht dat hij Adrian terug had.

Hij had immers zijn dood nooit echt verwerkt, maar ergens vulde zijn hart zich met hoop en warmte. Hij had een tweede kans met Adrian gekregen en zou deze niet verspillen

Adrian was even verdwenen achter een kast en Don ging kijken waar hij was en zag vervolgens dat Adrian een ijskast vol met bloed had. Don wou net zijn mond opentrekken om te vragen van wie het bloed kwam, maar Adrian antwoordde zijn blik. ‘Het is dierenbloed, ik moet niks hebben van mensbloed. Al heeft het mijn eerste nacht als vampier niet veel gescheeld of ik kreeg mensenbloed binnen, zoals je weet.’

Don was eerst een beetje gechoqueerd, maar wist dat bloed zijn vriend nu in leven zou houden. 'Zie me maar als een vampiervleermuis', grijnsde Adrian. 'Een bloedzuiger als ik, maar een volkomen onschadelijk beestje.'

Don glimlachte breed. Plots een geklop op hun kamerdeur. Don deed open en Alec verscheen. ‘Hi alle twee. Don, vanaf morgen train je met ons Schaduwjagers mee, net als Adrian doet. Jullie zijn dan geen Schaduwjagers, maar het is voor jullie allebei belangrijk dat jullie je kunnen verweren in gevechten tegen demonen.’ 'Ik weet niet of ik daar toe in staat ben', moest Don wel zeggen. 'Ik ben niet voor vechten. Ze hebben me bovendien nodig om in Derry een groep op te richten die... zinloos geweld tegen mensen zoals wij tegengaat.' Aangenomen dat er onder Schaduwjagers ook zinloos geweld bestond. Maar Alec leek het te begrijpen. 'Je kunt weldra een besluit maken. Maar eens in contact gekomen met de Schaduwwereld, kom je er nooit meer van los. Je zult nergens hebben om te vluchten.'

'Hoe bedoel je, nergens om te vluchten?' ‘Zodra je weet van de wereld vulde’, Adrian aan, ‘zullen ook demonen achter jou aankomen.

Ze zullen alles doen om je uit de weg te ruimen omdat je de waarheid weet. En dan heb je nog de regering van de Schaduwjagers zelf. Iedereen die de waarheid weet, word met argusogen in de gaten gehouden.’

‘Het is van het grootste belang dat ons bestaan geheim blijft, anders zullen we nog onmogelijk ons werk effectief kunnen uitoefenen’, zei Alec. Don dacht na over wat Alec en Adrian hadden gezegd en besefte dat het klopte.

Je kan de groep waarover je eerder sprak alsnog opstarten als je wilt’, zei Alec, ‘maar terwijl je ermee bezig bent, zal een groep van Schaduwjagers je beschermen tegen demonen, totdat je dat geregeld hebt. Maar daarna kun je niet meer terug naar de gewone wereld.’

‘Je kunt ook veel doen zonder te vechten', bood Adrian aan. 'Er zijn Schaduwjagers die niet vechten.'

Don nam het idee in overweging en zuchtte. 'Zal ik hier geen spijt van krijgen?'

'Nee. Je kunt op me rekenen.'

'Neem gerust nog even bedenktijd', bood Alec aan. 'We willen je niet onder druk zetten, maar de beslissing zal snel moeten vallen.'

‘Ik begrijp het’, zei Don. Kort erna zei Alec goedenacht en vertrok.

Ze waren terug met twee in de ruime kamer.

‘Heb jij die keuze die ik nu gekregen heb van Alec, ook moeten maken toen je vampier werd?’

‘Ja, helaas wel. Ik had twee mogelijkheden: ofwel zocht ik een clan van vampiers waar ik mij bij kon aansluiten of ik kon de schaduwjagers helpen. En ik wist dat als ik hen hielp, er een kans was, hoe klein ook, dat ik jou zou kunnen terugvinden.'

Dit vulde Dons hart met liefde en warmte, dankbaarheid.

‘En dat is gebeurd’, maakte Don Adrians zin af.

Hoofdstuk 4

Intussen in het Instituut viel de stilte in; het was laat en de meerderheid van de Schaduwjagers was op nachtpatrouille of aan het slapen. In de grote hal van het Instituut keek Ash verwonderd naar Dawn, hoe zij speelde met haar speelgoed en vrolijk met haar handjes in de lucht zwaaide.

Hij had absoluut nog niet de behoefte om te gaan slapen.

Hij voelde zich nog niet eens moe, zodat hij ook niet schrok toen Alec de hal binnenkwam.

'Ik heb een kleine missie voor je', legde Alec uit, en in een paar zinnen vertelde hij waarom het noodzakelijk was dat Don zou meewerken met de Schaduwjagers, maar dat hij tegelijk nog een en ander te doen had

'Je kunt op me rekenen', zei Ash gretig.

Alec glimlachte enkel en vertrok, maar wees hem erop dat hij echt naar bed moest en Dawn ook.

Ash wist dat ook wel, hij zou morgen immers moeten meereizen met Don en Adrian om Don te beschermen, zodat hij zijn zaken kon regelen. Ook Clary en Simon zouden met hem meereizen op deze korte missie.

Het was van belang dat Don in leven bleef, voor hen allemaal.

Clary kwam binnen en vroeg aan Ash of hij klaar was voor deze missie.

Ash knikte enkel, waarna Clary Dawn meenam, zodat de peuter naar bed kon.

De volgende morgen werden Adrian en Don bijna letterlijk uit hun bed gekieperd door Jace, die de opdracht had hen naar de trainingszaal te begeleiden zodat ze al wat basissen van training konden leren voor ze op missie vertrokken. Ook Jace’ prachtige valk hielp door luid te krassen en hen sneller wakker te maken.

'Ik zie niet in waarom ik me zou moeten voorbereiden', mopperde Don. 'Ik krijg toch een escorte?'

'Je kunt maar beter voorbereid zijn', zei Jace. ‘Demonen loeren overal en het is van belang dat als de escorte jullie onvoldoende kan beschermen, jullie jezelf kunnen verdedigen.’

Adrian gromde even naar Jace, zeker nu ze beiden op de koude vloer lagen.

Jace schoot in de lach. ‘Ga jullie aankleden. Ik wacht buiten op de gang.’

Adrian nam snel een ontbijt van koud bloed, waarna hij net als Don in zijn kleren schoot. Ze repten zich naar de eetzaal zodat Don kon eten. Jace volgde op de voet met Imala, zijn valk, die al vliegend volgde. Het ontbijt was niet erg uitgebreid, maar wel voedzaam. En nog beter: Isabelle had het niet gemaakt. Don begon haast te geloven dat de Schaduwjager met haar zwarte lokken en spottende blik een gifmengster was. Toen het ontbijt klaar was, gingen Simon en Clary de eetzaal uit en kwamen terug in hun zwarte, leerachtige tenue. Voor Adrian hadden ze er ook eentje bij

Don wist niet wat hij zag. 'En al je T-shirts, en je petten, en je regenboogjassen?'

Adrian keek een beetje opgelaten. 'Ik kon ze toch moeilijk allemaal bij mij thuis gaan ophalen? Maak je geen zorgen, Isabelle bezorgt ze wel nieuw.'

'En op een missie moet je juist onopvallend zijn', voegde Simon eraan toe.

‘Daar is dit zwart tenue prefect voor’, vulde Clary aan. ‘Het beschermd tegen de klauwen, de tanden en gif van demonen. En het helpt je vooral om op te gaan in de omgeving, met name s' nachts.’

'Het is nu toch midden op de dag?' merkte Don op. 'Bovendien, hoe kan Adrian nu naar buiten zonder...' Hij zweeg abrupt.

‘Adrian heeft wat van mijn bloed gekregen, flink gemengd met zijn favoriete dierenbloed’, melde Clary.

'Nog een reden waarom ik niet bij een clan zit', legde Adrian uit. 'Als uitkomt wat er gebeurt wanneer je het bloed van die twee drinkt***, nou, dan kun je ervan uit dat de hele clan hen op de huid zal zitten.'

‘Hun bloed?’ vroeg Don verbaasd.

Jace antwoordde zijn vraag. ‘Zowel ik als Clary hebben extra engelbloed***, dit komt omdat Valentijn zo nodig op ons moest experimenteren toen we nog in de buik van onze moeders zaten.’

‘Onze dochter heeft ook extra engelen bloed, van ons geërfd’, vervolledigde Clary Jace zijn zin.

'Net als je denkt dat je alles al gehoord hebt', mompelde Don. 'Goed, dan gaan we. Hoe raken we in Derry?'

Clary opende een poort met haar cilinder en ondanks Adrians verzekeringen dat het volstrekt veilig was, voelde Don zich alsof hij op het punt stond te kotsen toen hij als eerste door de poort ging en er aan de andere kant weer uitkwam. Simon, Clary en Adrian volgden op zijn hielen, en al snel was Ash er ook bij.

'Ik snap het niet', begon Ash, om zich heen kijkend naar de bomen en struiken die hen omringden. 'Waarom moet je gaan praten over liefde tussen mannen? Kunnen jullie aardse dan helemaal niets verdragen?'

'Sommige niet', zei Don rillend, waarop Simon even een troostende hand op hem legde. 'Ga jij maar voor, wij zitten vlak bij jou.'

‘We volgen op de voet vulde’, Clary aan.

Don ging wat ongemakkelijk voor op de Schaduwjagers, waarna hij binnenging in het gebouw waar de bespreking en de oprichting van deze nieuwe LGTB+ groep plaats zou vinden. Hij keek nog even angstig om zich heen, waarna hij een geruststellende duw voelde van Adrian. Hij ging binnen. Het lokaal waar hij binnenkwam was ruim en warm. Kort erna zag hij mensen zitten, en hij voegde zich bij hen om de bespreking en de oprichting van de groep te starten. Intussen waren Clary, Simon, Ash en Adrian het gebouw aan het omringen vanuit de schaduwen.

Ze wisten dat Don veilig was, omringd door mensen die hem de afgelopen maanden alleen maar hadden gesteund en geholpen in deze moeilijke tijd. Het zou er echter op aan komen ervoor te zorgen dat demonen, aangetrokken door de geur en aanwezigheid van Schaduwjagers, geen roet in het eten zouden komen gooien. Demonen maakten tussen niemand onderscheid waar het aardse betrof, maar Schaduwjagers werkten als een magneet voor hen. Clary, die zich aan één kant van het gebouw bevond, werd zich opeens bewust van de snellere ademhaling van Simon, die helemaal aan de andere kant was. Ze haastte zich ernaartoe om welk gevaar het ook was dat Simon bedreigde, te trotseren.

Al snel vond ze hem, en nog voor ze kon vragen wat er mis was, fluisterde hij: 'Er is een vampier in de buurt. Geen daglichter, dat is al zeker, maar ik weet niet waar hij is.'

'Een vampier? Degene die Adrian tot leven gewekt heeft?'

'Waarschijnlijk is hij het.'

‘Ik kan bijna met zekerheid zeggen dat hij het is’, vulde Ash aan. ‘Ik ruik nog een rest van Adrians bloed in zijn bloedbaan.

‘Goed, allemaal posities innemen’, liet Clary weten,’ we moeten deze vampier onderscheppen voordat hij nog dichter bij het gebouw kan komen.

De groep van vier begon nauwere en nauwere cirkels te trekken om de plek waar Ash aanwees waar de vampier zat.

'Hoe kan hij zich verplaatsen in volle zon?' vroeg Ash zich mompelend af.

‘Hij houd zich beschut in de dichte bossen waar veel schaduw is’, zei Clary, ‘al beschermd die schaduw maar tijdelijk.’

‘We gaan hem opdrijven’, vulde Simon aan, ‘zodat hij gedwongen is zich verder terug te trekken.’

Na een paar minuten drijven kwam de verwilderde vampier in Adrians zicht. ‘Daar gaat ie!’ riep Adrian.

‘Hij staat op het punt aan te vallen!’ riep Clary

‘Hou je klaar om zo nodig hem af te weren en hem te immobiliseren. Clary, leen me je kracht!’ riep Simon

Adrian en Ash wisten meteen dat Clary en Simon hun krachten en hun parabataiband**** zouden gebruiken om sneller te handelen.

Nog geen moment later vlogen Simon en Clary op de verwilderde vampier af; Ash en Adrian volgden. De parabatai**** konden hem vastgrijpen, waarna Ash en Adrian hem de genadeklap toedienden met een staak.

Adrian stond te rillen op zijn benen en zag eruit alsof hij ieder moment kon omvallen.

'Wat scheelt er met hem?' vroeg Ash in de war gebracht.

'Hij heeft zijn verwekker gedood', legde Simon uit. 'Als je vampiervader of vampiermoeder sterft, is dat altijd een zware klap****, al kwam je niet goed overeen.'

Adrian schudde zich, alsof hij wakker werd uit een kwade droom. 'Alle demonen op de nacht van mijn dood zijn nu zelf dood, of ze zitten opgesloten... Ik hoef niet meer naar vergelding te zoeken.'

Clary knikte bevestigend en gooide hem een zak met dierenbloed toe, zodat Adrian sneller zou kunnen herstellen van de klap.

‘Goed gedaan, allemaal’, complimenteerde Clary de rest. ‘We gaan terug naar het gebouw, demonen kunnen nog altijd aanvallen.

Simon knikte

Intussen in het gebouw was Don zich niet bewust van de trammelant die zich buiten had afgespeeld; de bespreking was bijna voorbij en de nieuwe LGTB+ groep was zo goed als opgericht. Don was opgelucht hij was ervan overtuigd dat de groep vele lotgenoten zou kunnen helpen. Hij nam afscheid van de mensen en liep naar buiten, waar Clary, Ash, Adrian en Simon op hem wachtten.

Na een korte briefing van wat er gebeurd was, trok Don zijn wenkbrauw op. 'Je hebt de persoon gedood dankzij wie ik Adrian terug heb?'

'Hij was een losgeslagen vampier', legde Simon uit. 'Zijn clan zou hem niet opnieuw hebben kunnen opnemen, en wij ook niet.'

Het voelde vreemd om te beseffen dat deze bovennatuurlijke wezens, net als mensen, ook mentale en fysieke problemen konden hebben.

De gedachte maakte dat Don zich opgelucht en tegelijk ook angstig voelde.

‘Valentijn was ook een persoon die losgeslagen*** was’, liet Clary weten, ‘maar dan iemand onder de Schaduwjagers.’

Don knikte; hij wist wat er was gebeurd met Valentijn. Alec had hem dat immers verteld in zijn verhaal over de burgeroorlog*** die had gewoed tussen de Sschaduwjagers. En dat ze het niet tegen een maar twee losgeslagen Schaduwjagers*** hadden moeten opnemen. Eerst Valentijn en later ook Sebastian***. Don wist ook dat Valentijn Clary en Sebastians vader was geweest en Ash Sebastians zoon was geweest.

‘Heb je alles nu op orde gesteld met de gewone mensen?’ vroeg Clary.

Don knikte. ‘We gaan terug naar het Instituut nu’, zei Simon.

Clary opende voor de tweede keer een poort en in een mum van tijd stonden ze terug in de tuin van het Instituut.

Hoofdstuk 5

Ze werden opgewacht door Isabel, Jace en Alec.

Clary vertelde hen drie hoe alles was gegaan.

Toen Clary uitverteld was reageerde Isabelle door te zeggen dat ze geluk hadden gehad om enkel aangevallen te zijn geweest door een losgeslagen vampier en geen horde demonen. 'In elk geval ben ik blij dat het achter de rug is', bromde Don. 'Daar moeten spreken... dat was al erg genoeg.'

Maar je hebt wel een goede daad gesteld', vond Clary. 'Je hebt wel even rust verdiend. Jij ook, Adrian.' Jace reageerde: ‘Ga jullie allemaal even opfrissen. Daarna verwacht Alec Don en Adrian in de leslokalen. Jullie gaan een geschiedenisles krijgen over wat er gebeurd is in de laatste paar maanden.

Don was hier niet echt blij mee; hij was nooit echt goed geweest in geschiedenis waar Adrian dit wel was geweest. Een halfuur later bracht Jace hen naar het lokaal en de twee gingen zitten.

Alec begon te vertellen dat er na de burgeroorlog*** een Koude Vrede** was geweest die er uiteindelijk toe had geleid dat de kloof** in twee was gesplitst. Dit door toedoen van een paar conservatieve schaduwjagers die weigerden de Koude Vrede** met de elfen te breken. Don probeerde er zijn hoofd bij te houden, maar hij had zo veel met conservatisme te maken gehad de afgelopen tijd dat hij er maar half bij was. Het maakte hem boos en gefrustreerd. De kleine overwinning van eerder die dag kon het gevoel niet wegnemen

'Gaat het wel een beetje?' vroeg Alec hem.

Waarop Don haastig zijn excuses mompelde en de kamer uitliep. Hij had genoeg van dit soort onderwerpen. ‘Wat is er met hem?’ vroeg Alec aan Adrian.

'Ik ben vermoord door conservatieven. Denk je dat hij het makkelijk had, in Derry? Daar heeft hij bijna niets anders gekend dan mensen die tegen hem waren.'

Adrian schudde zijn hoofd. 'Sorry. Ik moet ernaar toe.'

Alec kikte en liet hem gaan. ‘Ik heb iets gelijkaardigs meegemaakt met de Schaduwjagers, zeker toen ik er voor uit kwam dat ik samen was met Magnus***’, riep hij hem na. Adrian knikte en vertrok, op zoek naar Don.

Na een paar minuten zoeken vond hij Don in de kassen met geneeskrachtige planten van Idris. Adrian liep naar hem toe en vroeg of hij zich al wat beter voelde. Don zei van niet en liet ook weten dat het nog even zou duren voordat hij Alecs verhaal verder kon horen. De twee bleven nog een tijdje in de broeikassen totdat Don volledig gekalmeerd was.

'Je ziet eruit alsof je al in geen maanden fatsoenlijk geslapen hebt', merkte Adrian op. 'Waarom gaan we niet naar onze kamer?' Met twee gingen ze naar de verduisterde kamer met het hemelbed en zodra de deur achter hen gesloten was, drukte Don een kus op Adrians mond en omgaf zijn gezicht met zijn handen

'Ik heb je zo gemist', fluisterde hij

'Ik jou ook', fluisterde Adrian terug, terwijl hij Don omhelsde. Plots verstarde hij en nam een stap terug

'Het kan niet... Ik...' Radeloos liet hij Don zijn scherpe hoektanden zien, die glinsterden in de kamer.

’S-Sorry’, stotterde Don. Een minuut later was Adrian verdwenen en hoorde Don hem zijn koelkast met dierenbloed plunderen. Toen verscheen Adrian weer en voelde hij zich kennelijk beter.

Kort erna stelde Adrian voor om zich bij de schaduwjagers te voegen in de trainingsruimte.

Don stemde in.

Hoofdstuk 6

Aangekomen zagen ze dat de anderen al druk aan het trainen waren.

‘Zijn jullie daar eindelijk klonk Isabelles’, afkeurende stem vanuit een hoek. ‘De volgende keer grijp ik jullie bij jullie nekvel als jullie nog eens te laat zijn.’

De anderen schoten in de lach. Jace verscheen en begon hen de basissen van zelfverdediging uit te leggen. Imala waakte over haar meester en kraste als er ook maar iemand afgeleid leek van Jace zijn uitleg. Uiteindelijk werd iedereen in groepjes van twee gedeeld om basisverdediging te oefenen. Aangezien Adrian verscheidene maanden voorop liep met trainen, werd Don bij een jonge Schaduwjager met de naam Andrés geplaatst

Al snel bleek dat Don in de basis niet zo goed was als hij zou willen. Binnen de kortste keren had Andrés hem al meerdere keren onderuit gehaald

'Nog een keer?' grijnsde hij op een gegeven moment

Nukkig draaide Don zijn hoofd om, maar vanuit zijn ooghoek zag hij hoe de jongeling zich omdraaide om het applaus van zijn vrienden in ontvangst te nemen

Vlug raapte Don zijn stok van de grond en maaide Andrés benen onder hem uit.

Don dacht bij zichzelf dat hij niemand hem liet uitlachen.

‘Ik ben dan een beginneling’, zei Don tegen de jongen, ‘maar ik zal snel genoeg op jullie niveau zitten.’ Dit stopte het gelach van Andrés’ medestanders. Kort erna waren de twee terug hard aan het vechten met hun stokken, waarna niemand nog iets zei. Alles was een en al concentratie. Jace en Isabelle keken geamuseerd toe, even later vervoegd door Alec.

'Ik denk', zei Jace, 'dat je geschiedenislessen nog maar even moeten wachten.'

‘Dat had ik al begrepen’, mompelde Alec terug. ‘Hij heeft teveel meegemaakt de afgelopen maanden.’ Clary, Ash en Simon verschenen, nadat Clary Dawn en Simon Livi ten slapen hadden gelegd. Kort erna namen ook zij deel aan de training.

Clary sparde met Ash en Simon met Jace en zo ging het nog wel even door tot de late namiddag. Na afloop nam Adrian Don even apart. 'Zeven-twee in Andrés' voordeel. Dat is beter dan de gemiddelde nieuweling het doet.'

Don bromde. 'Dan heb ik misschien wat van zijn trots gekrenkt.'

'Ach, hij is geen foute kerel. Jace vertelde dat hij ook zo was indertijd.'

Even viel er een aangename stilte. Uiteindelijk mompelde Adrian: 'Het spijt me van... deze middag. Het is... ik wilde je niet bang maken.'

Na een vluchtige blik om te zien of er niemand keek, gaf Don hem snel een kusje. 'Onthoud waar we zaten. Ik zie je op onze kamer.'

Adrian glimlachte enkel en volgde zijn geliefde naar de kamer.

Die was knus en warm en de twee genoten van elkaars lichamelijke aanwezigheid. Dit hadden ze al zo lang niet meer gedaan en ook al was hij nu een vampier, Adrian merkte dat dat niets veranderd had aan zijn behoeften. Het feit dat zijn lichaam nu veel en veel kouder aanvoelde, leek voor Don geen enkel verschil te maken en hij liefkoosde zijn partner zoals ze dat al eerder hadden gedaan. Na afloop plofte Don op de kussens neer; hij had het gevoel dat zijn hart uit zijn borstkas zou springen. Kort erna vielen ze naast elkaar in slaap.

De volgende ochtend, toen het tijd was voor het ontbijt, werden ze aan de ingang van de eetzaal opgewacht door Isabelle.

'Wel?' informeerde ze. 'Waren jullie bang dat ik zou koken gisteravond, of hebben jullie je nieuwe stekje ingehuldigd?'

Adrian wierp Don een samenzweerderige blik toe, en Isabelle sloeg haar hand voor haar mond. 'Mijn hemel, het is echt zo!'

Don wierp haar een woedende blik toe, maar Isabelle schoot enkel in de lach, wat Don nog meer irritatie gaf en hij wou net iets gaan zeggen tegen haar, toen Adrian hem bij zijn kraag greep en hem mee de eetzaal in sleepte.

Hij hoorde Isabelle nog harder lachen achter hem.

Adrian kalmeerde hem en zei dat hij zich niks moest aantrekken van haar.

'Denk je dat ze zelf niet om de haverklap met Simon...?' begon hij

Daar moest Don om lachen. 'En ze hebben nog maar één kind?'

'Schaduwjagers, wie begrijpt ze volledig?' was Adrians commentaar.

Het ontbijt verliep rustig. Isabelle viel niemand meer lastig en ook Andrés leek er niet meer mee te zitten dat Don hem twee keer onderuit had gehaald. Eigenlijk verliep alles best gezellig.

Don kon er gek genoeg van genieten desondanks Isabels geplaag eerder deze morgen.

Hij begon zich meer een meer thuis te voelen bij de Schaduwjagers, een gevoel dat hij nooit eerder had gehad toen hij nog onder de gewone mensen vertoefde. Ze zouden opnieuw een dag training krijgen, en dit zou nog zeker een paar dagen aanhouden totdat ze genoeg kennis hadden om zichzelf genoeg te verdedigen. Dan pas zou Don mee op de missies gaan die de jagers hadden.

Adrian deed al wel eens aan missies mee gedurende de dag en nacht, maar hij ging tegenwoordig minder op missies omdat hij liefst bij hem bleef. Ergens voelde Don nog steeds dat hij er de persoon niet naar was om actief mee te strijden. Missies, allemaal goed en wel, maar achter demonen aangaan om ze te doden... Het idee sprak hem niet aan. Bovendien bezat hij geen bovennatuurlijke krachten

'Is er een manier om me nuttig te maken... zonder te vechten?' probeerde hij uiteindelijk

'Volgens Alec was er ooit een tijd dat gewone aardse de Schaduwjagers hielpen Instituten te runnen en mee op missie gingen', gaf Adrian toe. 'Maar die tijd is sinds lang voorbij. Er is meer behoefte aan volleerde Schaduwjagers.'

‘Vanwege de recente burgeroorlog***’, vervolledigde Don Adrians zin.

Adrian knikte.

‘Kom, we moeten aan de bak’, zei Adrian.

Don volgende hem enkel

Terug in de ruimte moest hij voor het eerst sparren met Ash, een schaduwjager die half elf was.

Adrian was aan sparren met Jace, Alec met Simon en Clary met Isabelle.

Hoofdstuk 7

Clary genoot ervan om te sparren met Isabelle. Ze was enige tijd buitenspel geweest na de geboorte van haar dochter en ook Isabelle had hetzelfde meegemaakt na de geboorte van haar zoon. De twee trainden nu extra hard om zo snel mogelijk terug op hun oude niveau te zitten. Het was niet simpel om moederschap met schaduwjagen te combineren.

De meerderheid van de tijd die ze hadden, ging naar trainen of op demonen jagen al deden beide vrouwen hun best om goed voor hun kinderen te zorgen en hun tijd zo goed mogenlijk te verdelen. Ook hun mannen deden beide hun best om samen voor hun kinderen te zorgen. Wat Clary ook wel fijn vond, was te zien hoe nieuwe Schaduwjagers zich stilaan aanpasten aan hun nieuwe leven.

Veel nieuwkomers stamden af van Schaduwjagers of hadden het zicht, maar er waren er ook een paar met een tragische achtergrond. Zo waren er natuurlijk Don en Adrian, maar zij waren niet de enigen die een moeilijke tijd hadden gekend. Ze beschouwde het als een soort taak om zich over nieuwe rekruten met een pijnlijk verleden te ontfermen, zodat ze konden openbloeien en zich welkom voelden.

'Niet verbitterd zijn over het verleden', gaf ze hen dan altijd te kennen, waarna ze over haar eigen vader vertelde.

Maar, niet alle verworven rekruten hadden het in zich om Schaduwjager te worden, al beschouwden ze de Schaduwwereld wel als hun thuis.

Zo was er Sunil geweest, die zijn opleiding aan de oude Academie had onderbroken. Niemand wist wat er van hem terecht was geworden, maar op een gegeven moment was hij terug opgedoken in een van de andere Instituten, waar hij nu als een van de weinige mensen aankomende Schaduwjagers les gaf in de nieuwe geopende Academie sinds de kloof was gesplitst**. Hij woonde en leefde nu op Lukes boerderij, dat gekozen was voor de nieuwe Academie**.

Luke was ook Clary's stiefvader nadat haar moeder Jocylin was hertrouwd***. Het was mede aan Luke te danken geweest dat de jongeman als leraar was kunnen beginnen.

Toen schoot het Clary te binnen. Ze had Don deze ochtend horen zeggen dat hij zichzelf niet zag als een strijder. Hij had de moordenaars van zijn geliefde de straf kunnen geven die ze verdienden, en net had hij bijgedragen tot de oprichting van een nieuwe groep. Don was een goede spreker, dat stond vast.

Clary onderbrak haar oefeningen even en ging naar een verraste Don toe.

‘Je zei dat jezelf niet als vechter ziet’, zei Clary.

‘Dat klopt’, zei Don.

‘Ik heb misschien een oplossing voor je. Je zou een leerkracht kunnen worden op de nieuwe Academie** op mijn stiefvaders boerderij**. Maar dan moet je eerst wel uitzoeken over welk onderwerp je het liefst les zou willen geven. Ze zoeken immers nog een extra leerkracht daar.’

Toen Don dit hoorde voelde hij een enorme last van zijn schouder vallen. Hij was maar al wat blij dat hij zo een kans kreeg.

Hij fleurde helemaal op, hij zou deze mensen die hij intussen bijna al familie was gaan zien kunnen helpen zonder een vechter te worden, ook Adrian was blij toen hij dit hoorde.

Hij had immers altijd geweten dat Don nooit een vechter was geweest maar dat hij meer intellectueel was.

Toen Clary zag hoe blij Don hier mee was beloofde ze zo snel mogelijk contact op te nemen met haar stiefvader.

Er gingen immers een aantal procedures aan vooraf voordat er iemand kon worden aangenomen op de academie.

In de tussentijd kon hij beter blijven trainen, voegde ze eraan toe, zodat hij toch zeker de basis zou meekrijgen om zichzelf te verdedigen.

Toen kwam Adrian er opeens bij staan. 'Maar dan... Dan blijft hij niet hier, toch? Als hij op de Academie verblijft en ik hier in het Instituut ben, dan...'

'Nog nooit van pendelen gehoord, Ade?' vroeg Don hem plagend.

Clary lachte erom en liet de twee even alleen om het verder tussen hen te bespreken. Eens weer aangekomen bij Isabelle, merkte ze dat die het hele gesprek had staan mee volgen.

'Blijven ze hier of gaan ze op de Academie wonen?' vroeg ze.

'Ik denk dat ze dat wel zullen uitzoeken', glimlachte Clary.

Isabel glimlachte terug waarna ze even naar hun kinderen gingen kijken bij wijze van een pauze.

Er waren een paar maanden verstreken sinds Clary haar stiefvader had opgebeld en hem had verteld over Don. De procedure om hem aan te nemen als leerkracht op de academie waren bijna voltooid. Er was intussen ook een oplossing gekomen wat Adrian betrof: hij zou op de Academie verblijven zolang er studenten waren en Don er les zou moeten geven.

Er was ook wat anders veranderd. Adrian was beter geworden in de gevechtsmethodes van de Schaduwjagers en voelde zich vrijer om vaker op missie te gaan nu Don meer ingeburgerd raakte. Zijn oude leven in Derry miste hij niet, al onderhield hij wel contact met aardse vrienden of leden van de groep, die allemaal dachten dat hij gewoon was verhuisd. Dat was tenminste niet volledig gelogen.

Adrian zou aan de slag gaan als bewaker van de Academie samen met de groep Schaduwjagers die dienden als veiligheidstroepen daar. Maar hij zou dit in combinatie doen met missies in de echte wereld. Beide geliefde keken er naar uit om op de academie te gaan wonen.

Don zou er lesgeven over de aardse wereld en geschiedenis, zodat jonge Schaduwjagers zich beter in de aardse wereld zouden kunnen voortbewegen. Langs de andere kant was dit ook een blijk van erkenning naar de aardse studenten toe. Het was ook belangrijk dat de kloof in verbanning** beter om zou kunnen gaan met de gewone mensen.

En toch had hij bij momenten nog altijd het gevoel dat hij zijn hele leven in Derry had gehad, een plaats van verdorvenheid en haat. Iets maakte dat hij vreesde dat het nooit zou veranderen, ongeacht wat hij gedaan had om verandering te bewerkstelligen, maar hij hielt er toch de hoop in. Amper een paar dagen voor de verhuizing naar de Academie zou doorgaan, merkte Don dat de blonde jongen genaamd Ash hem in de gaten hield.

'Is er iets?' vroeg hij zo vriendelijk mogelijk. Hij was de vreemde jongen - die toch niet volledig een jongen was - gaan mogen.

'Denk je soms nog aan Derry?' vroeg Ash eerlijk.

Don voelde zich hier ongemakkelijk over en besloot op hem toe te stappen. ‘Dat doe ik inderdaad.’ Hij zuchtte. 'Ook al is er intussen een en ander ten goede veranderd, voor mij blijft Derry altijd een verrotte plek, gecorrumpeerd door onwetendheid. Ik denk dat het gevoel nooit volledig zal overgaan, wat er ook verandert.'

Ash knikte. ‘Ik zal je een stuk van mijn achtergrond vertellen. Ik heb ooit ook zoiets meegemaakt, al was het niet met homofoben.

Ik ben jarenlang gegijzeld geweest door de Onseelie koning**. Dit omdat ik uniek bloed door me heb heen stromen van elfen, Schaduwjager en zelfs wat demonen. Dit zorgde ervoor dat iedereen mij wou gebruiken, zelfs mijn eigen moeder, de Seelie koningin, eens ik ontsnapt was aan de Onseelie koning. Uiteindelijk ben ik kunnen ontsnappen, maar dat was niet voor een van de weinigen die echt aan mij loyaal was... Ik moest me uiteindelijk van hem ontdoen', besloot hij.

Don rilde bij de gedachte, maar hij besloot dat hij wel vaker vreemde dingen had gehoord over de Schaduwwereld.

'Ik voel me nog steeds verbonden met die plek', ging Ash verder. 'Ik ben er opgegroeid, opgeleid en... Iedereen deed alles wat ik maar zei, en daar genoot ik van. Tot ik besefte dat het allemaal magie was. De Onseelie koning had zonder mijn medeweten of instemming een loyaliteits** spreuk over me gelegd. Daarom kon ik iedereen laten doen wat ik wou, en de enige persoon die er niet voor gevoelig was, heb ik gedood. Nu ja, niet iedereen. Clary en Jace waren er ook resistent tegen. Door hun bloed, snap je?'

'Maar hoe is de vloek dan verbroken? 'Ash glimlachte. 'Magnus en Alec. Het was echt enorm pijnlijk.'

Hen twee?’

‘Ja, ze hebben me enorm geholpen. Daarna heb ik moeten afrekenen met Janus, een persoon uit een andere dimensie genaamd Thule**. Hij was ongevoelig voor de spreuk', besloot Ash zijn verhaal.

Dat alles moest Don even laten bezinken. 'Denk jij nog vaak aan de elfenwereld?'

'Nog bijna elke dag', gaf Ash toe. 'Ik vond het er niet aangenaam, maar het is wel de plaats waar ik ben opgegroeid. Zoiets vergeet je niet. Maar sinds dat Clary en Jace me adopteerden als hun eigen kind naast Dawn heb ik een liefdevolle familie gekregen. Al is Clary eigenlijk mijn tante en Jace mijn oom. Ik ben veel verloren maar heb er ook zoveel voor teruggekregen.

'En ik heb Adrian terug gekregen', voegde Don eraan toe. 'Alleen de gedachte dat ik misschien een andere man gevonden zou hebben, en met hem iets zou zijn begonnen... Het voelt zo raar.'

'Dat is precies wat mij overkomen is', vertelde Ash hem. Hij viel even stil en voegde toe: 'Ik heb niemand meer uit mijn verleden. Jij wel. Ben je er dankbaar voor?'

Don knikte meteen, en Ash lachte. 'Dat is wat ik wou zien.'

Ash wou vertrekken maar Don riep hem terug. ‘Ik heb nog een vraag. Hoe lang woon je nu al bij Jace en Clary?’

‘Twee jaar.’

‘Dan zou je toch zeker intussen achttien moeten zijn, maar je ziet er nog altijd uit als een zestienjarige. Hoe komt dat?’

‘Dat komt, Don’, zei Ash vriendelijk, ‘omdat elfen maar heel langzaam verouderen. Ook half-elfen zoals ik delen daarin mee. En omdat we zo langzaam verouderen, leven we heel lang.’ Hierna glimlachte Ash nog even naar Don en vloog op, waarop Don zijn prachtige zilverwitte vleugels zag.

Epiloog

Ze genoten van de sneeuw die de Academie omringde, Adrian en Don samen.

Het was nu al een paar dagen dat ze er woonde.

Terugdenkend aan hun oude levens en aan het leven dat ze nu hadden, genoten ze van hun winterse wandeling. En het was goed.

Personagelijst

  • Alexander "Alec" Lightwood-Bane** (schaduwjager): is de zoon van Maryse Lightwood en Robert Lightwood, hij heeft een zorgend maar moedig karakter, al kan hij op sommige punten wel is bot zijn. Hij houd niet zo van verandering maar is een uitstekend leider. Hij is getrouwd met heksenmeester Magnus Bane, met wie hij twee kinderen heeft geadopteerd. Alec is eveneens de parabatai van Jace


  • Adrian (daglichter vampier): hij was ooit mens, maar kwam om toen hij werd aangevallen door homofoben, maar kon na zijn verandering bij de schaduwjagers terrecht. Hij is verder heel vriendelijk en liefdevol naar iedereen toe, met name zijn partner Don


  • Ash Morgenster (half-elf, half schaduwjager) : is de zoon van de Seelie koningin en Jonathan/Sebastian Morgenstern**. Hij had voorheen een donkerder karakter omdat hij in het verleden gebruikt werd door vele vanwege de loyaliteit** spreuk die om hen heen lag.
  • Sinds deze gebroken is (zie Ash' reis: zoektocht naar vrijheid voor meer info) had hij eindelijk de kans om een vriendelijke en liefdevolle persoonlijkheid te ontwikkelen en is hij erg gesteld op Dawn, Clary's en Jace hun dochter


  • Clarissa "Clary" Adele Fairchild (schaduwjager): is de dochter van Valentijn Morgenster en Jocylin Fairchild ,ze is erg koppig en sarcastisch omdat ze jarenlang overbeschermd is geweest door haar moeder, voor familie of vrienden gaat ze altijd tot uiterste wat er toe leid dat ze vaak zichzelf en anderen in gevaar brengt. Clary beschikt over extra engelen bloed***, die ze heeft verkregen toen Valentijn engelen bloed in haar moeders eten en drinken deed, onder de vorm van poeders***. Ze deelt een connectie met Ithuriël de engel van wie het bloed afkomstig was en deelt ook een bloed connectie met Jace, al zijn ze niet gerelateerd. Door dit extra engelen bloed beschikt ze over de gave om nieuwe runen te creëren en te gebruiken. Ze is eveneens de moeder van Dawn en de parabatai van Simon


  • Dawn Fairchild-Herondale (schaduwjager, genoemd in het kort verhaal): is de dochter van Jace Herondale en Clary Fairchild en beschikt net als haar ouders over extra engelen bloed. In dit verhaal is ze een peuter dat steeds meer van de wereld begint te ontdekken, ze heeft een hechte band met Ash en haar ouders


  • Don (mens): is een jongeman die bij toeval de schaduwjagers ontdekte en besloot deze kans aan te grijpen, hierop leerde hij Adrian, nu vampier opnieuw kennen. Hij is erg liefdevol naar Adrian toe, en zeer vriendelijk naar anderen. Hij zoekt nog steeds verder zijn weg bij de schaduwjagers, en werd leraar op de academie voor schaduwjagers


  • Isabelle "Izzy" Sophia Lightwood (schaduwjager): is de dochter van Maryse Lightwood en Robbert Lightwood, ze is eveneens de jongere zus van Alec. Ze heeft veel vertrouwen in haar kunnen, ze is ietwat ijdel en een tikkeltje narcistisch en soms wat onzeker. Al heeft ze soms wel is driftbuien, voor de rest is ze heel loyaal naar haar familie en vrienden toe. Ze is eveneens de moeder van Levi


  • Imala (vrouwelijke valk, genoemd in het kort verhaal): is de tweede valk van Jace in dit verhaal, in de boeken werd de valk die Jace ooit had, gedood door Valentijn***. Imala is een liefdevol dier die altijd op de uitkijk staat voor haar meester en mee helpt de groep te beschermen


  • Jonatan Christoffer "Jace" Lightwood-Herondale (schaduwjager): is de zoon van Céline Herondale en Stephen Herondale, hij is altijd erg zelfstandig en onafhankelijk geweest, en beschikt over een zeer sterke zelfbeheersing. Hij is sarcastisch als hij zijn onzekerheid verbergt. Jace is voor de rest zeer arrogant, egocentrisch en overmoedig. Hij heeft altijd een sterke morele kern gehad. Zijn karakter verbeterd ten goed op het moment dat hij Clary ontmoet. Jace beschikt over extra engelen bloed*** net als Clary. Hij heeft dit verkregen toen Valentijn onder de vorm van poeders gedroogd engelen bloed*** in zijn moeder eten en drinken deed, hierdoor deelt hij een connectie met Ithuriël, de engel van wie het bloed afkomstig was. Jace deelt eveneens een bloed connectie met Clary, al zijn ze niet gerelateerd. Door dit extra engelenbloed heeft hij de gave verkregen van extra lenigheid en snelheid en vele andere dat in zijn voordeel spelen in gevechten . Hij is eveneens de vader van Dawn en de parabatai van Alec


  • Levi Lightwood-Lewis (schaduwjager, genoemd in het kort verhaal): is de zoon van Simon Lewis-Lovelance en Isabelle Lightwood, hij is in dit verhaal een peuter die steeds meer van de wereld leert kennen


  • Magnus Lightwood-Bane** (heksenmeester, genoemd in het kortverhaal): is de zoon van Asmodeus en een onbekende moeder***. Hij is getrouwd** met Alec Lightwood met wie hij twee kinderen heeft geadopteerd****


  • Simon Lewis-Lovelance (verheven tot schaduwjager): is de zoon van Elaine Lewis en Levi Lewis senior. Simon is ietwat sarcastisch, wat een nerd , moedig, dapper, Ironisch en loyaal. Hij is altijd bereid om zich op te offeren voor anderen. Hij is de vader van Levi en de parabatai van Clary


Spoilers uit: De Duistere machten**

Spoilers uit: De Originele Serie: De Levensinstrumenten***

Spoilers uit: Kronieken van de Academie voor Schaduwjagers****